Monday, October 30, 2006

Eén Wereldvakbond

ICFTU en WCL worden ITUC


Op een driedaags congres in Wenen, van 1 tot 3 november 2006, zullen de twee grootste confederaties van vakbonden, ICFTU en WCL, de krachten bundelen en één confederatie worden met de naam ITUC, voluit de International Trade Union Confederation.

De nieuwe koepel zal met meer dan 370 aangesloten vakbonden in 152 landen, in totaal meer dan 170 miljoen leden tellen. Als het lukt om de draagkracht van deze koepel te versterken, dan zullen dat op termijn nog veel meer leden worden.

De zetel van ITUC zal net als die van het WCL en het ICFTU in Brussel staan.

www.icftu.org
http://www.cmt-wcl.org/

www.icftuafro.org
(ICFTU in Afrika)


Friday, October 27, 2006

Meer i.p.v. minder hongersnood!

Het aantal mensen dat wereldwijd in hongersnood verkeert, is in 2005 gestegen tot 852 miljoen. Dat is 11 miljoen meer dan een jaar eerder. De cijfers blijken uit het rapport van de Zwitserse VN-rapporteur Jean Ziegler.

"Schande voor mensheid"
"Deze stijging is een schande voor de mensheid", zei Ziegler in New York. Volgens de Voedsel en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties is onze aarde in staat het dubbele van de huidige wereldbevolking van voedsel te voorzien. Het probleem zit echter in de verdeling.

De stijging met 11 miljoen situeert zich voornamelijk in Afrika, waar de Saharawoestijn steeds verder uitbreidt. De voedselproductie in Afrika wordt bovendien gehinderd door het beleid van welvarende landen. Die dumpen hun overschotten op de Afrikaanse markt, zodat lokale boeren geen kans krijgen. "Onder meer door dat wanbeleid sterft elke vijf seconden een kind aan ondervoeding of de gevolgen daarvan", zegt Ziegler.

Wil ontbreekt
Volgens hem kan de hongersnood worden bestreden, maar ontbreekt daarvoor de politieke wil. "Er bestaan snelgroeiende bomen die het oprukken van de woestijn kunnen tegengaan, we kunnen irrigatiekanalen graven en pesticiden produceren, maar er wordt te weinig geïnvesteerd", zegt Ziegler.

De problemen situeren zich niet uitsluitend op het Afrikaanse continent. De Israëlische luchtaanvallen in het zuiden van Libanon hebben zoveel milieuschade aangericht dat landbouw en visserij de komende jaren onmogelijk zal zijn. (belga/hln)

Tuesday, October 17, 2006

Aanbod voor Els De Temmerman in Oeganda

Els De Temmerman kan als hoofdredactrice aan de slag in Oeganda. De Vlaamse journaliste Els De Temmerman kreeg het aanbod om hoofdredactrice te worden van de vooraanstaande Oegandese krant New Vision. Ze vroeg bedenktijd en waarborgen op papier dat ze een redactioneel onafhankelijke koers mag varen. New Vision is weliswaar gezaghebbend, maar ook vriendelijk voor het regime van president Museveni. (belga)

Monday, October 16, 2006

Grote zandloper op Kunstberg in Brussel

Grote zandloper op Kunstberg in Brussel



Door op de Kunstberg in Brussel een grote zandloper in beweging te zetten, heeft een coalitie van ontwikkelings-, landbouw-, milieu- en consumentenorganisaties vandaag de start gegeven van een nieuwe campagne voor duurzame landbouw en voedselzekerheid. De actie noemt Landbouw2015. Volgens de organisaties creëert het huidige landbouwbeleid in Noord en Zuid meer problemen dan oplossingen.

Honger en armoede

"Landbouw zou voedsel moeten produceren, maar vandaag produceert ze meer honger en armoede", zegt Bogdan Vanden Berghe, algemeen secretaris van 11.11.11. "Van de 850 miljoen mensen die in de wereld honger lijden, zijn er 600 miljoen boeren. De wereldwijde vrije markt in landbouwproducten heeft een concurrentie teweeggebracht tussen landbouwers die leven en werken in totaal verschillende omstandigheden, aan sterk schommelende en structureel lage prijzen."

Bedreigingen

Die concurrentie verergert volgens 11.11.11 en de andere organisaties de industrialisering van de landbouw, de versterkte greep van de voedingsindustrie en de grootdistributie. Voorts bedreigt ze de voedselzekerheid, de economische en sociale leefbaarheid van de landbouw en het ecologisch draagvlak, zowel in de Derde Wereld als in het Westen.

Bijsturing

Daarom moet het landbouwbeleid drastisch bijgestuurd worden, aldus de algemeen secretaris van 11.11.11. "De landbouwpolitiek in Vlaanderen, België en Europa zou niet moeten afgestemd zijn op de bedrijfsbelangen maar op duurzame landbouw", gaat Bogdan Vanden Berghe verder. "Duurzame landbouw is gericht op voedselzekerheid, armoedebestrijding, milieuvriendelijkheid en brengt producten voort die in hoofdzaak op de lokale en regionale markt worden afgezet. Een beleid dat daarop is afgestemd moet ingrijpen in de markt om lokaal leefbare productie te beschermen en de greep van de agro-industrie te verminderen."

Te veel vlees

De organisaties achter Landbouw2015 zien echter ook een verband tussen productie en consumptie als het over duurzame landbouw gaat. "De Westerse voedingspatronen en het aankoopgedrag dat daarmee samenhangt, zijn niet bevorderlijk voor duurzame landbouw. Er wordt te veel vlees geconsumeerd en te veel niet-seizoensgebonden groenten en fruit. We hebben als consument te weinig aandacht voor de herkomst van onze voeding en voor de economische, sociale en ecologische gevolgen van onze voedselconsumptie. Ook dat moet veranderen."

bron: het laatste nieuws

Wereldvoedseldag

WERELDVOEDSELDAG:
Debat: Kan duurzame landbouw de wereld redden?
Mattias Creffier

BRUSSEL, 13 oktober (IPS) - Op wereldvoedseldag 16 oktober houden de Vlaamse ontwikkelings- en milieuorganisaties hun campagne “Landbouw2015” boven de doopvont. De slogan is dat een kleinschalige, duurzame familielandbouw volstaat om iedereen eten te geven zonder een aanslag te plegen op de aarde. Prof. Erik Tollens, Vlaams beleidsadviseur Gabriel Ysebaert, Thierry Kesteloot van Oxfam solidariteit en Gert Engelen van Vredeseilanden geven commentaar op die stelling.

Het zijn de boeren die voedsel produceren. Toch woont volgens VN-cijfers 75 procent van de 852 miljoen hongerigen op het platteland. Van die paradox vertrekt de campagne “Landbouw 2015”. Na één jaar actie rond de acht VN-Millenniumdoelen voor ontwikkeling haalt ze het eerste millenniumdoel voor het voetlicht: de extreme armoede en het aantal mensen die honger lijden halveren tegen 2015.

Om daar iets aan te doen breken de campagnevoerders een lans voor duurzame landbouw: familiaal gerunde bedrijven die voorzien in de lokale voedselnoden, in harmonie met de beschikbare natuurlijke rijkdommen. Om die bedrijfjes te beschermen tegen de bikkelharde concurrentie op de wereldmarkten, moeten landen die dat wensen het recht krijgen hun landbouwsector met quota’s of importheffingen te beschermen tegen de concurrentie uit het buitenland.

Is kleiner ook beter ?

Zijn de kleine, arbeidsintensieve familiebedrijfjes inderdaad efficiënter in de strijd tegen honger dan industriële landbouwbedrijven ? “Dat hangt af van het product”, nuanceert Erik Tollens, hoogleraar aan de Universiteit van Leuven. “Voor suikerriet of palmolie kan je beter grootschalig werken, ook wanneer de productie bestemd voor lokale consumptie is bestemd”. Gabriel Ysebaert, beleidsadviseur van de Vlaamse gemeenschap, verdedigt een industriële aanpak: “Elke vorm van mechanisatie verhoogt de productiviteit. Veel van de tewerkstelling in de arbeidsintensieve landbouw komt in ontwikkelingslanden eigenlijk neer op een vorm van verdoken werkloosheid. Een kleinschalige aanpak biedt dan weer sociale voordelen”.

“De grootschalige, exportgerichte landbouw is een systeem dat dateert uit de koloniale tijd, en de geschiedenis leert dat die aanpak niet veel heeft gedaan voor armoedebestrijding”, argumenteert Thierry Kesteloot van Oxfam solidariteit. “Familiale boerderijen kunnen beter inspelen op de lokale noden, terwijl de exportlandbouw mensen voor hun inkomen afhankelijk maakt van de prijsschommelingen op de internationale markten”.

Voor Gert Engelen van Vredeseilanden ligt het wezenlijke verschil tussen de familiale en industriële landbouw niet in de omvang of het gebruik van moderne technologieën. “De familiale bedrijven gaan op zoek naar een sociaal en ecologisch evenwicht, bij de industriële aanpak gaat het enkel om winst”. “Niet elke kleine boer is noodzakelijk iemand die zorg draagt voor het milieu”, geeft Kesteloot wel toe. Ook voor professor Tollens rijmt kleinschalig niet noodzakelijk op duurzaam. “Kleine bedrijfjes gebruiken minder meststoffen, maar putten de bodem meer uit.” Ysebaert: “Je kan geen ecologisch paradijs bouwen op een economisch kerkhof: om te investeren in duurzame technieken heb je inkomsten uit de export nodig.

Markten opnieuw afschermen ?

Dat arme landen in sommige omstandigheden hun toevlucht mogen nemen tot maatregelen om de binnenlandse productie te beschermen, is volgens Ysebaert en Tollens ook binnen de Wereldhandelsorganisatie (WHO) weinig omstreden. “De WHO erkent de mogelijkheid om producten die belangrijk zijn voor voedselzekerheid en plattelandsontwikkeling te beschermen tegen concurrentie uit het buitenland”, zegt Ysebaert.

Ze verwijzen naar de "special en differential treatment" en de "special products", twee onderdelen van de Doha-onderhandelingen. Die komen er voorlopig niet door omdat de Doharonde in het slop zit, maar dat vindt Gert Engelen van Vredeseilanden niet al te jammer. “Belangrijker is dat de hele algemene trend naar liberalisering is gestopt.” Hij vindt overigens dat ook rijke landen hun landbouwmarkten moeten kunnen afschermen. “We moeten bijvoorbeeld de voorkeur geven aan suiker uit de Europese Unie, aan interne marktprijs die overeenkomt met de reële productiekost”. “Uit solidariteit kunnen we een deel van de suiker uit het Zuiden importeren, maar dan bij voorkeur niet uit Brazilië, waar de suikerplantages ten koste gaan van de kleinschalige familiale landbouw”.

Volgens de Leuvense professor Tollens wordt vaak vergeten dat ook armen hun voedsel moeten kopen en dus gebaat zijn bij vrijhandel en lage prijzen, in de steden maar ook op het platteland. En als de rijkdom uit het internationale handelsverkeer niet doorsijpelt naar de armste bevolkingslagen? Tollens: “Dan is het aan de lokale bewindslieden om daar iets aan te doen. Een land als Congo investeert ongeveer twee procent van zijn inkomen in de landbouw, dat is het schandaal. Ze zouden beter wat minder uitgeven aan het leger en luxe-artikelen”.

“We hebben niets tegen handel”, zegt Kesteloot, “maar je kan niet in een klap overgaan naar een wereldwijde concurrentie op de landbouwmarkt. We beschouwen regionale integratie als positief, wanneer het gaat tussen partners die ongeveer dezelfde koopkracht hebben”. In Afrika doet een overhaaste liberalisering ontluikende industrieën de das om. “Die landen verliezen twee keer: in de landbouw en in de andere sectoren waar ze ook niet kunnen concurreren.

Maleisië, Thailand en Zuid-Korea zijn voor Kesteloot voorbeelden van landen die kapitaal hebben verzameld door hun markten af te schermen. “We pleiten niet voor een status quo, maar willen van landbouw de een hefboom maken voor economische ontwikkeling, bijvoorbeeld door meer verwerkte landbouwproducten te gaan verkopen”. Daar kan ook Ysebaert zich bij aansluiten “De ontwikkelingslanden moeten meer kansen krijgen om afgeleide producten te gaan verkopen, zoals koekjes of gebrande koffie, daarmee kunnen ze meer verdienen en buitenlandse investeerders lokken.”


Oproep aan de consument

En wat kunnen we zelf doen ? De bewuste consument wordt vriendelijk verzocht zoveel mogelijk duurzaam geproduceerde en dus lokale producten te kopen. Je hoeft je dus niet schuldig te voelen bij aankoop van een mango of ananas (liefst bio), bevestigt Engelen, maar loopt best met een wijde boog om de appelen met een kerosinegeurtje uit Argentinië of Nieuw-Zeeland.

Mattias Creffier

bron: ipsnews.be

Wednesday, October 11, 2006

Oxfam international receives a Nobel Peace nomination!

"Oxfam is deeply honoured to receive a Nobel Peace Prize nomination. It is testament to the hard work and dedication of staff, volunteers, supporters and partners to help overcome poverty and injustice around the world.
Oxfam is just one small part of a global movement to build a just and safer world for all people, and this nomination is shared with everyone committed to that goal."

„Oxfam is heel vereerd, de nominatie voor de Prijs van de Vrede van Nobel te ontvangen. Het is een erkenning voor het harde werk en de toewijding van personeel, vrijwilligers, verdedigers en partners. Zij helpen armoede en onrechtvaardigheid in de hele wereld te overwinnen.
Oxfam is één klein deel van een globale beweging om een rechtvaardige en veiligere wereld voor alle mensen te bouwen, en deze benoeming wordt gedeeld met iedereen die zich inzet voor dat doel."

Wednesday, October 04, 2006

China publiceert als eerste een ‘groen’ BNP-cijfer

Als nationale index is het een primeur, de publicatie van een ‘groen’ bruto nationaal product door de Chinese overheid. Dit rapport kijkt niet alleen naar de productie van welvaart en naar economische groei maar verrekent ook de ecologische kosten van die groei. Die kosten zouden 63 miljard dollar bedragen in 2004. Dat zijn dan economische verliezen ter grootte van 3 procent van het gewone bruto nationaal product. Ruim de helft daarvan – 56 procent - is het gevolg van waterverontreiniging, 43 procent is de kost van luchtervervuiling.
Daarmee is duidelijk dat de zo dikwijls bejubelde Chinese economische groei voor een groot deel onbestaande is. Ontwikkeling wordt verkeerdelijk verengd tot economische groei en gaat ten koste van het milieu en van de gezondheid van de Chinezen. Die huidige groei tast met andere woorden het natuurlijk en menselijk kapitaal aan van het land. Zo zijn wel 400 miljoen stadsbewoners blootgesteld aan zwaar verontreinigde lucht. Niet verwonderlijk voor wie weet dat 5 van de 10 meest vervuilde steden op aarde Chinese steden zijn. Komt daarbij dat ‘groen’ wel degelijk tussen aanhalingstekens moet geplaatst want dit rapport is nog een zware onderschatting van de volledige ecologische kost van de economische ontwikkeling. Vele milieugevolgen zijn nog niet berekend en zitten dus nog niet vervat in dit ‘groene’ BNP.

Bron: Worldwatch Institute
Meer informatie op de website van de Chinese regering
Pleidooi en petitie voor een goede meetlat om welvaart te berekenen